De filosoof en de voetballer

09 mei De filosoof en de voetballer

11724_1315304891_socrates

In een of ander hiernamaals vindt een bijzondere ontmoeting plaats tussen wat wij beschouwen als twee grootheden, het zijn S. en JC. Laten we even veronderstellen dat ze elkaar niet kennen. Enfin de ene grootheid ziet dat de andere kleine subtiele tikjes geeft aan een rond voorwerp. Het voorwerp rolt langzaam naar S., de filosoof, toe. Hij tilt zijn rechtervoet een stukje op en stopt de rollende beweging. JC, de voetballer, kijkt S. vragend aan. Er ontspint zich de volgende dialoog*:

 

S:            Wat denken wij dat wij aan het doen zijn? En wat ligt hier aan mijn voeten?

JC:          (verbaasd over zoveel domheid) Dat daar is een voetbal. Daar kun je dus mee voetballen.

S:            Dat lijkt me iets voor kleine kinderen om mee te spelen. Toch niet iets voor grote mensen.

JC:          Nou, het is niet bepaald een kinderspel. Miljarden mensen beleven er veel plezier aan. Dat begrijp je toch wel.

S:            (heft wanhopig zijn handen) Nee, daar begrijp ik niets van. Dat zoveel mensen geboeid zijn door zo’n klein object.

JC:          Object? Ben je soms wetenschapper?

S:            Wetenschappers pretenderen iets te weten. Ik ben filosoof. Ik weet niets. Dat weet ik.

JC:          Ik ben voetballer en filosoof. Niet alleen waren mijn bewegingen onnavolgbaar, ook mijn woorden hebben grote indruk gemaakt.

S:            Ik word nieuwsgierig vriend, welke woorden zoal?

JC:          Bijvoorbeeld dat de bal rond is. Dat betekent dat die alle kanten op kan rollen. Dat is logisch. Dat begrijp je toch wel hoop ik.

S:            (rol t de bal) Ik zie het ja. Maar is dat nu zo’n bijzondere uitspraak? Want als iets anders rond is, dan kan het dus ook rollen. Bijvoorbeeld een rotsblok.

JC:          Dat klopt ja. Maar de bal is ontworpen om makkelijk te kunnen rollen. Kijk maar (en hij schopt tegen de bal), daar is niet veel kracht voor nodig.

S:            Dus daarom heet het ook voetbal. Noem nog eens iets.

JC:          Als je meer scoort dan je tegenstander win je.

S:            (wroet wat door zijn baard) Scoren?? Wat is dat?

JC:          Jij weet echt niets, he. Scoren is het doel van het voetballen. Een team van elf probeert de bal in het doel van het andere team te krijgen. Als dat lukt hebt je een doelpunt gescoord.

En wie de meeste doelpunten scoort in een wedstrijd wint. Dat is logisch.

S:            Dat logisch is wel een stopwoordje van je, hè. Ik ‘’weet’’ nu wat een voetbal is en wat je ermee kunt doen. Maar als ik het over een doel van iets heb, dan wil het waarom weten. Dus waarom voetbal je? Toch niet voor het geld hoop ik.

JC:          Ik voetbal af vanaf mijn jeugd. Ik was heel handig met de bal. Wat je leuk vindt en goed kan, moet je ook doen. Dus ben ik gaan voetballen. Andere mensen vinden het leuk om naar voetbal te kijken. En die willen er graag voor betalen. Zo zijn er voetbalclubs ontstaan en competities waarin clubs tegen elkaar spelen. Dat is log…

S:            (raakt een beetje geïrriteerd) Logisch ja, dat weet ik nu wel. Voetbal is dus puur vermaak. Zoals theater in mijn tijd. Wij vertelden verhalen en voerden toneelstukken op. Dat was ons vermaak. Tegelijkertijd was het leerzaam. Is voetbal eigenlijk leerzaam en nuttig?

JC:          Voetbal is ook lichaamsbeweging. In die zin is het nuttig. Voetbal is ook een sport, net zoals hockey, atletiek en zwemmen.

S:            Atletiek dat ken ik wel. Maar voetbal, daar heb ik de ballen verstand van. Kun je het mij leren?

JC:          Natuurlijk vriend. Voetballen is heel simpel, maar het moeilijkste wat er is, is simpel voetballen.

S:            Jij bent echt onnavolgbaar. Hoe kan iets wat simpel is nou moeilijk worden?

JC:          Dat leg ik je morgen nog wel eens uit. Als ik zou willen dat je het begreep, had ik het wel beter uitgelegd.

S:            (schudt zijn wijze hoofd en lacht) Tot morgen!**

*vooronderstelling 1: in het een of ander hiernamaals spreken we dezelfde taal

**vooronderstelling 2: er is een morgen in het hiernamaals

 

 

Ongetwijfeld barst deze dialoog nog van de vooronderstellingen. Ontdekking daarvan is aan de lezer. De dialoog is een eerbetoon aan Johan Cruyff en Socrates, de filosoof wel te verstaan. Misschien heb ik jullie op het verkeerde been gezet met de foto van de braziliaanse voetballer Socrates. Die was trouwens ook filosoof volgens dit artikel: http://www.elfvoetbal.nl/nieuws/402635_superheld-socrates-verslaafde-voetbalfilosoof.